Is het de zeggen of het zeggen? Het juiste lidwoord is:
aanzeggen | dankzeggen | herzeggen | medezeggenschap | medezeggenschapscommissie | medezeggenschapsorgaan | medezeggenschapsraad | medezeggenschapsrecht | medezeggenschapsregeling | medezeggenschapswetgeving | miszeggen | nazeggen | nietszeggendheid | omzeggen | ontzeggen | opzeggen | terugzeggen | toezeggen | verzeggen | voortzeggen | voorzeggen | waarzeggen | zeggenschap | zeggenschapsrechten | zeggenschapsverhouding | zeggenveen | medezeggenschapsaangelegenheid | medezeggenschapsbevoegdheid | medenzeggenschap | medemzeggenschap | medezeggenschapsregelement | zeggenschapsrecht | Afzeggen | Omzeggens | Zeggend | Aanzeggend | Afzeggend | Opzeggend | Toezeggend | Ontzeggend
kolvenier | nutteloosheid | proefbelasting | rijmwerk | verliesdag | 3 | verzorigngshuis | belangsteling | openstande | inchrijving | wordendboek | vereneiging | atttractie | zonnebad | Yurt | Theorema van bayes | Mehari | Waaiers | Aanstotelijke | Nagehouden | Dajenoe | Wielvormigst | Grondelooste | Staartloost | Rooktunneltje | Vlakgangen | Vliegschooltje | Atomairste | Grilligers | Schotelt voor | Strijkt neer | Hieldt bij | Hartstartertjes | Betonbanen | Assurantieadviseurs | Zeult aan | Uitbakenende | Spellen om | Bezood | Bomen op