De of het, welk lidwoord?


De of het gebruiken, wat zijn de regels?

Van de Nederlandse taal wordt algemeen gesteld dat ze één van de meest complexe talen is ter wereld. Eén van de redenen die mee aan de basis ligt van die complexiteit is het bestaan van onze verschillende lidwoorden. In het bijzonder het verschil tussen "de" of "het" is voor de meeste mensen die de Nederlandse taal willen leren niet meteen duidelijk. Toegegeven, het is ook behoorlijk complex en de standaard definitie die er voor bestaat maakt het niet bepaald eenvoudiger, in tegendeel. Wil jij er graag voor zorgen dat je nooit nog de foute keuze maakt voor wat het gebruik van de of het betreft? Lees dan vooral snel verder!


Wat zijn de concrete de / het regels precies?

Voor mensen die de Nederlandse taal als moedertaal hebben geldt dat ze doorgaans zonder probleem in staat zijn om het verschil op te merken tussen de of het. Voor mensen die Nederlands als moedertaal spreken zegt hun gevoel doorgaans wat nu precies de correcte constructie is van de zin die ze willen bouwen. Het correct gebruik van de lidwoorden maakt hier uiteraard deel van uit. Voor mensen die Nederlands leren is dat natuurlijke gevoel uiteraard niet aanwezig. Deze voeling ontbreekt waardoor ze op zoek gaan naar de precieze de of het regels. Dat maakt het echter in de praktijk alleen maar complexer, want er bestaan geen concrete de / het regels. Dit betekent evenwel niet dat er geen enkele houvast voor bestaat.


Wanneer wordt er gebruik gemaakt van het lidwoord "het"?

Het eerste lidwoord waar we ons even in gaan verdiepen is het lidwoord "het". Bij verschillende woorden dient er in principe altijd gebruik te worden gemaakt van het lidwoord het. Het gaat hierbij onder meer om de volgende:

• Bij verkleinwoorden;
• Bij namen van landen en plaatsen;
• Wanneer er sprake is van een bepaald metaal;
• Bij sporten zoals bijvoorbeeld tennis en voetbal;
• Wanneer er stofnamen worden genoemd;
• Bij het benoemen van een bepaalde taal;
• Wanneer er windrichtingen worden genoemd;

Er dient ook gebruik te worden gemaakt van het lidwoord het wanneer er sprake is van woorden bestaande uit twee lettergrepen die beginnen met be-, ge-, ver- en ont-. Tot slot geldt ook voor woorden die eindigen op -isme, -ment, -sel en -um dat er doorgaans het als lidwoord voor moet worden geplaatst.

Een belangrijk punt om hierbij rekening mee te houden heeft te maken met het feit dat het lidwoord het er uitsluitend voor wordt geplaatst wanneer er sprake is van het enkelvoud. Bij meervoud dient er dan ook toch het lidwoord de voor te worden geplaatst. Een bekend voorbeeld is "het instrument". In het enkelvoud is er sprake van het, maar in het meervoud wordt dit uiteraard "de instrumenten". Ook dit is een belangrijke regel waar men bij het aanleren van de / het regels bij stil zal willen blijven staan.


Wanneer wordt er dan gebruik gemaakt van het lidwoord "de"?

De bovenstaande informatie heeft je duidelijk gemaakt in welke gevallen er doorgaans gebruik wordt gemaakt van het lidwoord het. Nu is het tijd geworden om onze aandacht even te gaan richten op het tweede lidwoord, namelijk "de". Ook hiervoor geldt dat er bij bepaalde soorten woorden doorgaans altijd gebruik wordt gemaakt van dit lidwoord. Enkele voorbeelden zijn:

• Wanneer er wordt gesproken over vruchten, bomen en planten;
• Bij het benoemen van bergen en rivieren;
• Bij het schrijven van bepaalde cijfers en letters;
• De meeste woorden die als functie hebben om een persoon aan te duiden;


Deze laatste is een beetje tricky. Ondanks het feit dat we praten over de buurman, de zanger en de winkelbediende is het bijvoorbeeld wel zo dat er sprake is van het afdelingshoofd. Het is mede door het bestaan van dergelijke uitzonderingen dat er niet kan worden gesproken van volledige vastgesteld de of het regels, maar wel van richtlijnen voor het gebruik van de beide lidwoorden. Dit maakt het aanleren van het gebruik van het juiste lidwoord niet eenvoudiger.

Net zoals je hebt kunnen lezen bij de informatie over het gebruik van het lidwoord "het" geldt ook voor het lidwoord "de" dat ze veelal wordt gebruikt op het ogenblik dat er sprake is van bepaalde woorden die over een specifieke uitgang beschikken. Het gaat hierbij dan specifiek om woorden die eindigen op bijvoorbeeld -ing, -ie, -heid, -ij, -teit-, -a, -schap, -nis, -st, -de en -te. Wanneer je een zin moet vormen met één of meerdere woorden die over een dergelijke uitgang beschikken kan je er dus doorgaans van op dat daar het lidwoord de voor moet staan.


De of het gebruiken bij verkleinwoorden?

Er wordt in de Nederlandse taal veelvuldig gebruik gemaakt van verkleinwoorden. In het bijzonder in een gewoon casual gesprek of wanneer we bijvoorbeeld praten tegen kinderen komen verkleinwoorden doorgaans ruimschoots aan bod. Voor het gebruik van deze verkleinwoorden geldt dat er altijd “het” voor moet worden geplaatst. We spreken immers over “het boekje”, “het sprookje” en “het verhaaltje”.


Let op! Voor bepaalde woorden kan zowel de als het als lidwoord worden gebruikt!

Door rekening te houden met de hierboven aangegeven informatie zal het voor jou in grote lijnen reeds duidelijk zijn geworden wanneer het gebruik van het lidwoord de of het nu precies is aangewezen of vereist. Voordat we dit artikel afronden moet je aandacht nog worden gericht op een extra belangrijke regel. Het is namelijk zo dat voor verschillende woorden geldt dat er gebruik kan worden gemaakt van twee lidwoorden. Dit betekent dat je bij deze woorden (vaak afhankelijk van de context waarbinnen ze worden gebruikt) zowel gebruik kan maken van het lidwoord de als van het lidwoord het. Enkele voorbeelden hiervan zijn:

aanrecht;
affiche;
fortuin;
gadget;
metaal;


Uiteraard zijn bovenstaande slechts een aantal van de vele woorden die bestaan in de Nederlandse taal waar zowel de als het voor kan worden geplaatst. Bij twijfel of er sprake is van een de of het woord is het dan ook altijd belangrijk om hier eerst even wat extra onderzoek naar te doen. Op deze manier zal je na verloop van tijd automatisch weten welke uitzonderingen er allemaal bestaan zodat je steeds het correcte lidwoord zal gebruiken.