Is het de naamwoordelijk of het naamwoordelijk? Het juiste lidwoord is:
voornaamwoordelijk | voornaamwoordelijk bijwoord | naamwoordelijk deel van het gezegde | Naamwoordelijke delen van het gezegde | Naamwoordelijk deeltje van het gezegde | Naamwoordelijke deeltjes van het gezegde | Voornaamwoordelijk bijwoordje | Naamwoordelijke | Naamwoordelijker | Naamwoordelijkere | Naamwoordelijkst | Naamwoordelijkste | Naamwoordelijks | Naamwoordelijkers
jodoformgaas | knutselwerk | kwartiermeester | onverzettelijkheid | papierkwaliteit | privacy | sekwester | speelfilmlang | sportkostuum | voorspan | surrogaatkoffie | stroopsmeren | mistwolk | documentvenster | verwijsbrie | overeenstemmming | buffertje | bedrijsomgeving | gordijn | moedertaalspreker | gierton | Specificeerden | Stormt | Fundamentalisten | Pasteitjes | Studieprobleempjes | Levensbomen | Normlozer | Bladdertje | Relevanters | Stofdichters | Kurasjes | Slorpt | Uitgebalanceerd | Kleilaagje | Omkegel | Klap op | Vertederendere | Koolhandelaars | Walnotenbomen